De Belgische mobiliteit staat op een kruispunt. Met het nieuwe federale regeerakkoord worden belangrijke beslissingen genomen die een impact hebben op bedrijven, overheden en burgers. Duurzame mobiliteit, fiscale hervormingen en innovatieve technologieën staan centraal in deze beleidsmaatregelen. Maar hoe kunnen organisaties en bedrijven zich het best voorbereiden op deze veranderingen? Welke opportuniteiten biedt dit nieuwe kader voor gedeelde mobiliteit, elektrische voertuigen en autonome transportoplossingen? The New Drive dook in het nieuwe Federale regeerakkoord en kwam tot de volgende conclusies:
- Verplicht mobiliteitsbudget: alle werknemers met een bedrijfswagen krijgen automatisch toegang tot een fiscaal voordelig mobiliteitsbudget dat duurzame mobiliteit stimuleert.
- Fiscale aanpassingen Bedrijfswagens: De fiscale aftrek voor hybrides wordt minder snel afgebouwd, en sociale leasing van elektrische wagens voor lagere inkomens wordt onderzocht.
- Stimulansen voor Elektrische Bestel- en Vrachtwagens: Er komen tijdelijke verhoogde aftrekmaatregelen voor elektrische bestelwagens en vrachtwagens om de overstap naar emissievrij goederenvervoer te bevorderen.
- Innovatie en Autonome Mobiliteit: De regering richt regelluwe testzones op voor het experimenteren met autonome voertuigen en andere innovatieve technologieën. Daarnaast wordt gewerkt aan een wettelijk kader voor autonome voertuigen en vaartuigen om investeringen en grootschalige implementatie te ondersteunen.
Een verdere toelichting van de belangrijkste mobiliteitspunten kan je verderop in de blog terugvinden.
Bij The New Drive volgen we deze ontwikkelingen op de voet en bieden we strategisch advies om bedrijven en overheden te ondersteunen bij hun mobiliteitstransitie. Wil je weten hoe deze maatregelen jouw organisatie kunnen beïnvloeden en hoe je hier optimaal op kan inspelen? Neem contact met ons op en ontdek hoe wij je kunnen helpen met praktijkgerichte oplossingen en beleidsadvies.
De belangrijkste mobiliteitspunten uit het federale regeerakkoord
Mobiliteitsbudget voor iedereen
Goed nieuws voor wie duurzame mobiliteit en flexibiliteit hoog in het vaandel draagt: het mobiliteitsbudget krijgt een stevige update! Voortaan wordt dit systeem automatisch en verplicht aangeboden aan alle werknemers met een bedrijfswagen. Werkgevers zullen dus niet langer kunnen kiezen of ze deze optie aanbieden, maar enkel hoe ze het invullen. Deze hervorming betekent niet alleen een flinke boost voor duurzame vervoersmodi zoals fietsen, openbaar vervoer en gedeelde mobiliteit, maar zorgt ook voor minder administratieve rompslomp. Het vernieuwde mobiliteitsbudget vervangt de klassieke tussenkomst van de werkgever in woon-werk- en privéverplaatsingen en biedt tegelijk een fiscaal aantrekkelijk alternatief. Werknemers krijgen zo meer vrijheid om hun mobiliteit op maat te organiseren, terwijl ze profiteren van financiële voordelen. Een slimme zet richting een groener én eenvoudiger mobiliteitsbeleid!
Hybride bedrijfswagens
Hoewel elektrische bedrijfswagens een belangrijke rol spelen in de transitie naar duurzamere mobiliteit, erkent de nieuwe regering dat deze niet voor iedereen een haalbare optie zijn. Vooral in een stedelijke context, bij appartementsgebouwen, in afgelegen landelijke gebieden en voor lagere inkomens blijven er uitdagingen bestaan. Daarom wordt de afbouw van de fiscale aftrekbaarheid van hybride wagens minder abrupt doorgevoerd dan oorspronkelijk gepland.
De nieuwe regeling houdt hier rekening mee door het aftrekpercentage voor hybride wagens op 75% te behouden tot eind 2027, waarna het geleidelijk daalt naar 65% in 2028 en 57,5% in 2029, gelijktijdig met de aftrekverlaging voor elektrische voertuigen. Voor plug-in hybrides met een CO₂-uitstoot van maximaal 50 g/km zal tot eind 2027 de aftrek worden bepaald op basis van de aftrekformule, waardoor sommige van deze voertuigen tijdelijk een hogere aftrek kunnen behouden. Daarnaast blijft de brandstofkost voor hybrides voor 50% aftrekbaar tot eind 2027.
De vorige regering had beslist om de aftrekbaarheid van hybrides versneld te verminderen, mede vanwege het verschil tussen de theoretische en werkelijke uitstoot, en dus de werkelijke duurzaamheid van deze voertuigen. Hoewel de aanpassingen bedrijven en werknemers meer flexibiliteit geven in hun wagenparkbeleid, is het belangrijk om te blijven kijken naar langetermijnoplossingen die de overstap naar zero-emissie mobiliteit ondersteunen. Een extra focus op versnelde investeringen in laadinfrastructuur, zowel publiek als privaat, en ook in landelijke gebieden, zou de transitie naar volledig elektrische voertuigen verder kunnen versterken. In plaats daarvan kiest de regering voor maatregelen die het gebruik van minder duurzame voertuigen niet ontmoedigen, wat de transitie naar een schoner wagenpark mogelijk vertraagt.
Daarnaast wordt een ondersteuningsmechanisme onderzocht voor sociale leasing van elektrische voertuigen, gericht op werknemers met een lager inkomen. Sociale leasing houdt in dat de overheid leasingcontracten voor bepaalde (kleinere) elektrische wagens deels subsidieert. Hoe de regering dit wenst aan te pakken, valt nog te onderzoeken en zal de toekomst dus uitwijzen.
Bestel- en vrachtwagens
Ook wordt een tijdelijke verhoogde aftrek voorzien voor elektrische bestelwagens en vrachtwagens, wat we als een positieve stimulans beschouwen om de transitie naar elektrisch goederenvervoer te bevorderen. De regering belooft ook fossiele bestelwagens uit te faseren eens er voldoende betaalbare alternatieven op de markt zijn. Uit de TCO-analyses van The New Drive blijkt dat er in vele situaties al betaalbare alternatieven op de markt zijn, maar dat de haalbaarheid sterk afhangt van specifieke bedrijfsprofielen, rijafstanden en laadmogelijkheden. Voor stedelijke leveringen en korte tot middellange afstanden zijn elektrische bestelwagens vaak al competitief, zeker met de bijkomende fiscale voordelen en lagere operationele kosten. Voor langeafstandstransport en sectoren met zwaardere laadcapaciteitseisen blijft de beschikbaarheid van geschikte elektrische modellen en een robuuste laadinfrastructuur een uitdaging.
Het is daarom belangrijk dat de overheid niet alleen inzet op fiscale stimulansen, maar ook op gerichte investeringen in laadinfrastructuur, ondersteunende beleidsmaatregelen en een duidelijke transitieplanning, zodat bedrijven met vertrouwen de overstap naar emissievrij goederenvervoer kunnen maken.
Nieuwe testzones en wettelijk kader voor autonome voertuigen
Een belangrijke stap vooruit in het nieuwe regeerakkoord is de oprichting van regelluwe testzones, waarin innovatieve technologieën in een rechtszekere en flexibele omgeving getest kunnen worden. Dit initiatief biedt bedrijven en onderzoekers de mogelijkheid om te experimenteren met nieuwe mobiliteitsoplossingen, zoals autonome voertuigen en vaartuigen, zonder meteen gehinderd te worden door regelgeving die nog niet is afgestemd op deze innovaties.
Door uitzonderingen toe te staan of ondersteuning te bieden bij de interpretatie van bestaande wetten, worden drempels voor de implementatie van autonome mobiliteit en andere vernieuwende concepten verlaagd. De federale overheid zal bovendien een overzicht bijhouden van welke regels een experimenteel project verhinderen, wat cruciaal is om de ontwikkeling van autonome voertuigen te versnellen en regelgeving hierop aan te passen.
Daarnaast wordt een wettelijk kader voor autonome vaar- en voertuigen ontwikkeld in samenwerking met de Gewesten, zodat deze technologie een duidelijke en stabiele juridische basis krijgt. Dit biedt bedrijven en overheden meer zekerheid bij investeringen in zelfrijdende mobiliteit en opent de deur voor grootschaligere testen en toekomstige implementatie.
Wil je meer inzicht in hoe deze nieuwe wetgeving jouw organisatie of bedrijf kan beïnvloeden? The New Drive helpt je om deze veranderingen te begrijpen en er strategisch op in te spelen. Neem contact met ons op voor deskundig advies over duurzame mobiliteit, wagenparkbeheer en innovatieve transportoplossingen!
Het nieuwe jaar staat weer voor de deur, dit gaat gebruikelijk gepaard met een aantal veranderingen op vlak van regels en wetgeving. Ook in 2025 veranderen er weer wat zaken. The New Drive bundelt de belangrijkste veranderingen in dit overzicht
Hervorming investeringsaftrek
Vanaf 1 januari 2025 zal de investeringsaftrek grondig hervormd worden. De investeringsaftrek is een fiscaal voordeel waarbij men een bepaald percentage van de aanschaffings- of beleggingswaarde van de investeringen uitgevoerd tijdens het belastbaar tijdperk, mag aftrekken van de belastbare winst.
De focus van deze herziening ligt voornamelijk op het fiscaal stimuleren van zogenaamde “groene investeringen”. De huidige scope van groene investeringen strookt niet langer met de werkelijkheid, aangezien deze nog voorziet in een fiscaal voordeel voor investeringen in verwarming op steenkool en gas, wat in het kader van de groene energietransitie nog moeilijk als energiebesparend kan worden verantwoord.
De basisaftrek zal 10% bedragen, daarnaast komt er bovenop de basisaftrek een nieuwe thematische investeringsaftrek van 40% die ingevoerd wordt voor groene investeringen door zelfstandigen en kmo’s en 30% voor grotere ondernemingen. Eén van de categorieën, waarop de investeringsaftrek van toepassing is, zijn investeringen in koolstofemissievrij vervoer. Hieronder vallen onder meer investeringen in fietsen en fietsinfrastructuur, emissievrije vrachtwagens en laadinfrastructuur met betrekking tot vrachtwagens.
Voor meer informatie over de investeringsaftrek kan je terecht op de website van VLAIO of kan je contact opnemen met onze collega Nils.
Aanpassingen in de fiscaliteit van bedrijfswagens
Per 1 januari 2025 zullen er enkele belangrijke wijzigingen plaatsvinden in de fiscaliteit rond bedrijfswagens:
- Solidariteitsbijdrage:
- De gezondheidsindex, die de jaarlijkse indexatie van de solidariteitsbijdrage bepaalt, stijgt van 1,5359 in 2024 naar 1,5948 in 2025.
- Voor benzine-, diesel- en hybridewagens die vanaf 1 juli 2023 zijn besteld, wordt een aanzienlijk hogere solidariteitsbijdrage berekend. De vermenigvuldigingsfactor stijgt van 2,25 (2023, 2024) naar 2,75 in 2025.
- Het minimumbedrag aan solidariteitsbijdrage wordt verhoogd naar € 33,22 per maand voor voertuigen besteld vóór 1 juli 2023, en naar € 37,33 per maand voor voertuigen besteld vanaf 1 juli 2023.
- Voordeel alle aard (VAA):
De nieuwe referentie-uitstoten, die bepalend zijn voor de berekening van het VAA voor werknemers en de verworpen uitgave voor werkgevers, zijn nog niet bekend. Hierdoor kan het precieze voordeel alle aard voor bedrijfswagens vanaf 2025 op dit moment nog niet worden berekend.
Werkgevers en werknemers doen er goed aan deze wijzigingen in het achterhoofd te houden bij het plannen van nieuwe wagenbestellingen of fiscale optimalisaties. Wil je meer weten over de fiscaliteit van bedrijfswagens? Neem dan zeker contact op met Arthur, Nils of Twan.
Fietsleasing voor onderwijspersoneel
Vanaf 1 januari 2025 kan onderwijspersoneel gebruik maken van fietsleasing om de woon-schoolverplaatsing te maken. Deze fietsleasing wordt gefinancierd vanuit het ‘flexbudget’, dit is een bedrag van je bruto eindejaarstoelage dat je gebruikt om een fiets te leasen. Je kan zelf heel makkelijk berekenen hoeveel jouw leasebedrag bedraagt op de website van de Vlaamse overheid.
Wist je dat sinds kort ook zorginstellingen fietslease ter beschikking kunnen stellen van hun personeel?
Heb je vragen over fietslease of wil je zelf de overstap maken naar een optimale inzet van het flexbudget? Bij The New Drive ondersteunen we bedrijven, maar ook onderwijs- én zorginstellingen in het verduurzamen van hun woon-werkverplaatsing. Contacteer onze collega Simon voor meer informatie!
CO2-doelstellingen voor 2025: Personenwagens, bestelwagens en vrachtwagens
De Europese Unie voert een steeds ambitieuzer beleid om de CO2-uitstoot van voertuigen te verminderen. Tegen 2025 worden aanzienlijke reducties verwacht in de uitstoot van personenwagens, bestelwagens en vrachtwagens.
Voor personenauto’s mogen fabrikanten tegen 2025 gemiddeld maximaal 80 gram CO2per kilometer uitstoten, een verlaging ten opzichte van de huidige 95 g/km. Deze norm dwingt autofabrikanten om verder in te zetten op elektrificatie, zoals elektrische voertuigen (EV’s) en plug-in hybrides (PHEV’s).
Voor lichte bedrijfsvoertuigen, zoals bestelwagens, geldt een CO2 -doelstelling van 123 g/km tegen 2025. Dit is een forse daling vergeleken met de huidige gemiddelde uitstoot van circa 174 g/km. Fabrikanten zetten daarom sterk in op elektrische bedrijfsvoertuigen.
De CO2-doelstelling voor zware vrachtwagens in 2025 is een 15% reductie ten opzichte van 2019. Deze reductie past binnen het stappenplan om tegen 2030 45% minder CO2 uit te stoten dan in 2019 en toont de enorme uitdaging waar de sector voor staat, gezien deze vandaag nog bijna uitsluitend door diesel aangedreven wordt. Daarnaast moeten fabrikanten ervoor zorgen dat minstens 2% van hun nieuwe voertuigen emissievrij is. Dit stimuleert de introductie van elektrische en waterstofvrachtwagens en betekent ook dat verkopers van vrachtwagens moeten worden klaargestoomd om het elektrische ecosysteem van begin tot eind te kunnen door vertalen naar de klant.
Wil je meer weten over subsidies, emissievrije voertuigen of laadoplossingen? Neem een kijkje op onze website of laat het weten aan collega’s Arthur, Nils of Mark.
EPB-eisen en wetgeving voor laadpunten
In de afgelopen jaren heeft België aanzienlijke vooruitgang geboekt in de regelgeving rondom laadpunten voor elektrische voertuigen. De Europese richtlijn inzake de energieprestaties van gebouwen (EPBD) is hierbij een belangrijke drijfveer. Elk gewest heeft deze richtlijn vertaald naar specifieke regels en verplichtingen om de transitie naar o.a. duurzame mobiliteit te ondersteunen, waaronder de verplichting om te voorzien in laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen op parkings bij gebouwen. Vanaf 1 januari 2025 worden de volgende bijkomende regels opgelegd:
Brussel (parkings met >10 parkeerplaatsen):
- Kantoren: 10% van de parkeerplaatsen dient voorzien te worden van een laadpunt
- Woongebouwen: Elke bewoner heeft recht op een laadpunt op zijn parkeerplaats
- Andere parkings: 5% van de parkeerplaatsen dient voorzien te worden van een laadpunt
Vlaanderen:
Alle bestaande niet-woongebouwen met meer dan 20 parkeerplaatsen dienen minimaal over twee laadpunten te beschikken.
Wallonië:
Bestaande niet-woongebouwen en woongebouwen voor collectieve bestemming met meer dan 20 parkeerplaatsen moeten ook beschikken over kabelgoten voor 1 op de vijf parkeerplaatsen en minstens 1 laadpunt per parking.
Wil je meer weten over de geldende en veranderende regelgeving per gewest? Of ben je benieuwd naar de toekomstige Europese wetgeving? Neem dan zeker een kijkje op onze vorige blog ‘EPB-eisen en wetgeving voor laadpunten in België: overzicht van Brussel, Wallonië, Vlaanderen en Europa’.Onze collega Bart geeft je hierin een uitgebreid overzicht.
Terugbetaling van kosten voor Thuisladen van Bedrijfswagens
Vanaf 1 januari 2025 treedt ook de nieuwe Circulaire 2024/C/77 in werking. Deze Circulaire bevat belangrijke richtlijnen over de terugbetaling van elektriciteitskosten, door de werkgever, voor het thuis opladen van een bedrijfswagen. Deze regels zijn tijdelijk en gelden voorlopig enkel voor het kalenderjaar 2025. De voornaamste regels luiden als volgt:
- Werkgevers mogen t.e.m. 31 december 2025 gebruik maken van een vastgesteld tarief per kWh voor de terugbetaling van thuislaadkosten;
- Deze tarieven verschillen per gewest en worden elk kwartaal gepubliceerd door de CREG (gebaseerd op de gemiddelde commerciële elektriciteitsprijs voor residentiële klanten) – voor Q1 in 2025 bedraagt dit tarief in Vlaanderen € 0,2822 / kWh;
- Keuze aan de werkgever om de tarieven per gewest toe te passen, of één gezamenlijk tarief te hanteren;
- Dit vast tarief mag enkel worden toegepast voor elektriciteit ten behoeve van het opladen van de bedrijfswagens;
- De werkgever moet het exacte verbruik van thuislaadsessies kunnen bepalen (bv. via een communicatiesysteem of tussenteller);
- Vanaf 1 januari 2026 zal het toepassen van een vast tarief voor de terugbetaling van thuislaadsessies niet langer toegestaan zijn, vanaf dan dienen nauwkeurigere systemen verplicht worden;
- Nieuw geïnstalleerde laadpalen moeten voldoen aan specifieke nauwkeurigheidseisen voor de kWh-meting.
Wil je meer weten over de regels en best practices rond thuisladen en terugbetalingen? Onze collega’s Dries en Jannes informeren je graag!